Op 30/06/2024 diende de kerkfabriek Sint-Pieter-in-de-banden - deelgemeente Nederbrakel haar budgetwijziging 2024 en bijhorende meerjarenplanwijziging in.
Decreet van 7/05/2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten;
Decreet van 6 juli 2012 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten;
Besluit van de Vlaamse regering van 13/10/2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten;
Ministerieel besluit van 27/11/2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst ter uitvoering van artikel 46 van voormeld besluit van 13/10/2006;
Ministeriële omzendbrief BB-2007/01, d.d. 12/01/2007 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst;
Decreet lokaal bestuur 22 december 2017;
Uit de toelichting bij de meerjarenplanwijziging blijkt dat de erfgoedpremie voor fase 1 van de toren van kerk wordt geweigerd wegens laattijdige aanvraag van de premie. Uit een schrijven dan erfgoed Vlaanderen blijkt zelfs na een uitzonderlijke tweede termijnverlenging de deadline voor de uitbetalingsaanvraag ruim overschreden werd.
In voorliggende meerjarenplanwijziging blijkt dat het tekort dat daardoor ontstaat in de investeringsontvangsten doorgeschoven wordt naar de gemeente.
MAR 3102 gewestelijke toelage wordt met € 15.000 verminderd en MAR 3100 is daardoor met € 15.000 verhoogd om de financiering sluitend te maken.
Aangezien dit onder de verantwoordelijkheid van het kerkbestuur valt, stelt het college voor dat het deficit, in een volgende meerjarenplan aanpassing, via een toelage uit het privaat patrimonium van de kerkfabriek weggewerkt wordt.
Art. 1 : De raad keurt de meerjarenplanwijziging niet goed van de kerkfabriek Sint-Pieter-in-de-banden, deelgemeente Nederbrakel.
Art. 2 : De raad keurt de budgetwijzing 2024 niet goed.
Art. 3 : Afschrift van deze beslissing zal toegestuurd worden aan :
- de heer Gouverneur van Oost-Vlaanderen;
- de voorzitter van het centraal bestuur;